Op zoek naar een boekhouder?: AG Finance biedt alles onder één dak
Openingstijden: 08:00am-6:00pm

Na 1 januari 2025 kan de Belastingdienst weer naheffingen opleggen. Maar hoe groot zijn financiële risico’s eigenlijk en hoe wordt er gerekend? Erg duidelijk is dat nog niet. Boris Emmerig haalt wat praktijkvoorbeelden naar boven.

“Arbeidsmarkt op drift nu controle op schijn-zzp’ers nadert” is de kop van een artikel in het FD. Ook cijfers in dit artikel op ZiPconomy laten zien dat er vaker gebruik gemaakt wordt van detachering en minder van zzp. De angst voor financiële risico’s zit er blijkbaar goed in. Maar hoe groot zijn die risico’s nu eigenlijk?

De VNG (Vereniging van Nederlandse Gemeenten) geeft het volgende voorbeeld in haar “Handreiking voor flexibele arbeidsinzet gemeentelijke sector“.

  • Een zzp’er factureert in een jaar € 133.120 ex btw aan een gemeente
  • De Belastingdienst merkt de zzp’er als schijnzelfstandige aan
  • Het bedrag van € 133.120 is loon uit dienstbetrekking
  • De verschuldigde loonheffing bedraagt € 69.222,40 op basis van het anoniementarief van 52% (NB: het anoniementarief is niet van toepassing wanneer de gemeente een ID van de (ex-)zzp’er heeft)
  • De verschuldigde premies werknemersverzekeringen en de bijdrage Zvw bedragen € 21.818,37
  •  De VNG houdt een 25%-vergrijpboete van € 22.760,19 aan (m.i. zal er niet vaak een boete opgelegd kunnen worden)

Op basis van het bovenstaande komt de VNG op een na te heffen bedrag van € 113.800,96. Dat komt in de buurt van het door de (ex-)zzp’er gefactureerde bedrag. Het is daarmee nog niet klaar. De VNG stelt dat de gemeente wettelijk gehouden is om het bedrag van de loonheffing ad € 69.222,40 op de (ex-)zzp’er te verhalen. Dat klopt, zo blijkt uit de wetsgeschiedenis van de Wet op de loonbelasting. Ziet de gemeente af van verhaal, dan wordt het bedrag van € 69.222,40 ook weer als nettoloon gezien en is daarover aanvullend een bedrag van € 74.990,93 aan loonheffing verschuldigd (bij een bruteringspercentage van 108,3%). In totaal is dan door de gemeente verschuldigd € 188.791,89 (€ 113.800,96 + € 74.990,93). Dit zijn significante bedragen voor dan nog maar één zzp’er.

Bij het moeten verhalen van loonheffing zijn wel een paar kanttekeningen te maken. Zo hoeft bij “bijzondere omstandigheden” geen verhaal plaats te vinden (HR 19 oktober 1988, BNB 1988/336). Daarvan kan bijvoorbeeld sprake zijn als uit een advies blijkt dat de kans om succesvol in rechte te verhalen, heel klein is. Hier is overigens heel veel meer over te zeggen. Zie voor een voorbeeld waar verhaal niet lukt, een uitspraak van de rechtbank Limburg van 24 mei 2023.

Op 2 oktober 2024 heeft de Tweede Kamer unaniem een motie aangenomen waarin de Regering wordt opgeroepen om voor 1 november 2024 een duidelijk afwegingskader voor handhaving te publiceren. Ik zou het toejuichen als in deze publicatie ook uiteen wordt gezet onder welke omstandigheden af kan worden gezien van verhaal op (ex-)zzp’ers, teneinde allerlei discussies en onderhandelingen hierover in de praktijk te voorkomen. Het zou de uitvoerbaarheid van de handhaving zeker ten goede komen.